Een (licht) verstandelijke beperking (LVB) is vaak moeilijk te herkennen. Toch hebben in Nederland naar schatting ruim 1 miljoen mensen een licht verstandelijke beperking. Om problemen op latere leeftijd te voorkomen, is het belangrijk zo vroeg mogelijk goed te kunnen aansluiten met de juiste ondersteuning. 

Bij een verstandelijke beperking dienen volgens de DSM-5 (diagnostisch en statistisch handboek van psychiatrische aandoeningen) beperkingen te bestaan in zowel het verstandelijk als het adaptieve functioneren en wel in de volgende domeinen:

Het conceptuele (onderwijs)domein 

Geheugen, schoolvakken,verwerven van praktische kennis, problemen en nieuwe situaties oplossen.

Het sociale domein 

Besef van gedachten en gevoelens. Ervaringen van anderen (empathie) en interpersoonlijke communicatieve vaardigheden.

Het praktische domein

Leervermogen en zelfmanagement in verschillende levenssituaties, waaronder zelfverzorging, verantwoordelijkheden van een baan, geldbeheer, vrijetijdsbesteding, zelfmanagement van gedrag en het plannen van taken op school en het werk.

De mate waarin de beperking tot uiting komt, hangt van veel verschillende factoren af, zoals de aanwezigheid van een steunende omgeving en hoe groot het aanpassingsvermogen van de leerling is.

Moeilijk lerend

Op gebied van intelligentie spreekt de DSM-5 van een verstandelijke beperking bij een IQ tussen de 50 en 85. Wanneer er alleen sprake is van een lager IQ en het functioneren in de andere domeinen vergelijkbaar is met anderen, spreekt men van (zeer) moeilijk lerend.

Leerlingen met een licht verstandelijke beperking of leerlingen die (zeer) moeilijk lerend zijn, hebben een speciale onderwijsbehoefte. Deze kenmerkt zich onder andere door het leren in kleine stapjes, nabootsen, veel herhalen en een langere verwerkingstijd. 

Aansluiten bij leerlingen met een verstandelijke beperking en het syndroom van down

De ondersteuningsbehoeften van kinderen met een licht verstandelijke beperking komen in grote lijnen overeen met die van kinderen met het syndroom van down en andere syndromen. Expertisecentrum Orion heeft kennis en ervaring met deze doelgroepen. Zij kan scholen ondersteunen in het vroegtijdig herkennen van leerlingen met een verstandelijke beperking en het vinden van de juiste ondersteuningsbehoeften voor ieder kind. Aansluiten bij de leerling kan bijvoorbeeld door aanpassingen in de leerlijn, aangepaste materialen en middels het handelen van de leerkracht. 

Het expertisecentrum kan een partner zijn in het vinden van een optimale leeromgeving in zowel regulier- als speciaal (basis) onderwijs.